De spreeuw

spreeuw

De spreeuw (Sturnus vulgaris) is een middelgrote zangvogel die behoort tot de familie van de spreeuwachtigen (Sturnidae). De spreeuw is een opvallende vogel door zijn glanzende zwartblauwe verenkleed met witte spikkels. Spreeuwen hebben een typische vlucht met snelle vleugelslagen en glijpauzes.


Algemeen | Uiterlijk | Gedrag | Verspreiding | Leefomgeving | Voortplanting | Aantallen


NaamSpreeuw (Sturnus vulgaris)
UiterlijkZwartblauwe metaalachtige verenkleed met witte spikkels
Grootte20-22 cm
Gewicht80-100 gram
Vleugelspanwijdte40-45 cm
LeefgebiedBossen, graslanden, parken, stedelijke gebieden en kustgebieden
DieetInsecten, larven, wormen, slakken, zaden, bessen en voedselresten
BroedperiodeMaart tot augustus
Aantal eieren per keer4-6
StatusNiet bedreigd, maar regionale populaties worden beschermd

Uiterlijk

De spreeuw heeft een opvallend uiterlijk met zijn zwarte verenkleed dat een metaalachtige glans heeft en witte spikkels heeft over het hele lichaam. De snavel van de spreeuw is kort en puntig. In de winterperiode verandert het verenkleed naar een donkerbruine kleur. Mannetjes en vrouwtjes zien er hetzelfde uit.

Gedrag en leefwijze

Spreeuwen zijn sociale vogels die vaak in grote groepen leven. Ze zijn goed in het imiteren van andere vogelgeluiden en kunnen zelfs geluiden van machines en telefoons nabootsen. In de herfst en winterperiode vormen spreeuwen grote zwermen waarbij duizenden vogels in patronen door de lucht vliegen. Spreeuwen zijn niet kieskeurig als het gaat om hun broedplaats, ze maken vaak gebruik van nestkasten, bomen en gebouwen.

Dieet

Het dieet van de spreeuw bestaat uit insecten, larven, wormen, slakken, zaden en bessen. Spreeuwen zijn omnivoren en eten ook afval en voedselresten van mensen.

Verspreiding

De spreeuw is een veelvoorkomende vogel in Europa, Azië en Noord-Amerika. In de winterperiode trekken spreeuwen naar het zuiden van Europa en Afrika.

Natuurlijke leefomgeving

Spreeuwen leven in verschillende habitats, waaronder bossen, graslanden, parken, stedelijke gebieden en kustgebieden. Ze maken hun nesten in bomen, struiken en nestkasten.

Voortplanting

De broedperiode loopt voor deze vogelsoort van maart tot augustus en ze leggen 4 tot 6 eieren per keer. Beide ouders broeden de eieren uit en voeden de jongen. Na ongeveer 3 weken komen de eieren uit en na ongeveer 3 weken verlaten de jongen het nest.

Aantallen

In sommige landen nemen de aantallen af, vanwege veranderingen in hun leefomgeving en intensieve landbouw. De spreeuw staat momenteel niet op de internationale rode lijst van bedreigde diersoorten, maar sommige regionale populaties worden wel beschermd. In Nederland komt de spreeuw nog altijd veelvuldig voor en is het een van de meest voorkomende vogelsoorten.